Arabelle Meirlaen

Restaurant
Restaurant
Chef: Arabelle Meirlaen
Arabelle Meirlaen
Chemin de Bertrandfontaine 7
4570
Marchin
T: +32 85 25 55 55

Interview

Wie zijn je Peters?
Frank Fol 
Robert Van Duüren

Wist je altijd al dat je kok zou worden? 
Nee helemaal niet. Ik was modeontwerp en naaien gaan studeren, ik hield van alles wat met creatie te maken had. Toen we verhuisden, zeiden mijn ouders dat de meisjes goede koks waren, en de jongens elektromechaniekers. Wij zijn boerenkinderen; zo was het vroeger wel een beetje. Maar ik bleef bij mijn keuze en ik ben naar de Hotelschool van Libramont gegaan.

Waar heb je het vak geleerd? 
In eerste instantie moet ik toegeven dat ik het niet echt leuk vond, maar toen ik extra's ging doen, vond ik het echt gaaf, er hing een goede sfeer. Ik verkoos de zaal boven de keuken, sterker nog, ik deed al mijn stages in de zaal, nooit in de keuken. Ik heb toen bij een cateraar gewerkt die mij buitensporig uitbuitte qua uren. We kregen destijds een vast bedrag, peanuts voor zes dagen per week, non-stop, van 's ochtends tot 's avonds. Ik werkte in de zaal, maar vooral in de keuken. Ik heb veel geleerd en ik vond de organisatie eigenlijk wel leuk. We hebben veel banketten en bruiloften gedaan.

Uiteindelijk zag ik een klein restaurant om over te nemen en ik zei tegen mezelf: "Als ik het voor hem kan doen, kan ik het net zo goed voor mij doen". Het was moeilijk om het te krijgen, maar de bank accepteerde uiteindelijk een minimale financiering en ik kocht gaandeweg wat ik nodig had. Ik wilde graag een chef, omdat ik meer van evenementen hield. Maar als je niet de baas bent over de keuken, ben je ook niet de baas over je zaak. Zodoende werd ik de chef. Ik wilde een bijzondere keuken, anders dan anderen.

Hoe omschrijf je jouw keuken?
Mijn moeder is jong gestorven, ze had hartproblemen, net als mijn oudere broer. Gezond eten heeft mij altijd geïnterpelleerd. Ik wil gezond oud worden en ben erg geïnteresseerd in gezond eten, voeding dat ons goed doet, zodat we niet afhankelijk zijn van medicijnen, in vorm zijn, en leven met een goed humeur. Ik ben toen begonnen met kruidengeneeskunde, ik heb ook veel conferenties bijgewoond over Chinese geneeskunde en Ayurveda.

Mijn nieuwsgierigheid leidde me naar een redelijk intuïtieve, zeer creatieve, echt persoonlijke keuken. Dit onderzoek is een passie geworden, de balans van het leven. Alles eten en het gebruik van ancestrale technieken zodat het voedsel heel verteerbaar is. Uiteindelijk zou ik niet eens moeten uitleggen wat ik doe. Mensen eten bij mij en het raakt hen, ze hebben soms tranen in de ogen, ze voelen zich goed na de maaltijd. Dat is wat ik wilde bereiken.

Wie zijn jouw grote voorbeelden? Naar wie kijk jij op?
Ik hou van chef-koks die een eigen filosofie en stijl hebben. Bijvoorbeeld degene die ik in het begin aandeed toen ik begon: Celler de Can Roca in Girona, iedereen uit San Sebastian – ik was daar voor een uitzonderlijke conferentie waar chefs hun signatuurgerechten kwamen voorstellen. De keuken van Michel Bras, die heel natuurlijk is, sprak mij aan, omdat ik mezelf in de mijne zag. Irène Grosjean, Paul Grégoire,…

Wat betekent voor jou de toetreding tot de vereniging?
Wat heel interessant is, zijn de ontmoetingen met de collega’s, het bijpraten, zien wat ze doen, het bijwonen van evenementen. Ook elkaar leren kennen, want we hebben niet altijd de mogelijkheid om elkaar te zien. The Mastercooks of Belgium is een ondersteuning op alle vlakken.